Centrale noodverlichting is een belangrijk veiligheidssysteem in gebouwen. Het zorgt ervoor dat de verlichting blijft werken als de stroom uitvalt. Dit gebeurt via een centrale voedingsbron. Deze voedingsbron kan een UPS (Uninterruptible Power Supply), centraal batterij systeem of een noodstroomaggregaat zijn. In dit artikel leggen we de werking van centrale noodverlichting uit en vergelijken we deze met decentrale noodverlichting. Ook bespreken wij hoe u noodverlichting integreert in uw installatieproject.
Centrale noodverlichting zorgt voor verlichting bij stroomuitval. Het systeem maakt gebruik van één centrale stroombron zoals een UPS, een centraal batterij systeem of een noodstroomaggregaat. Deze centrale voedingsbron voorziet bij stroomuitval alle noodverlichting in het gebouw van energie. Hierdoor is er geen onderbreking in de verlichting. Het systeem schakelt automatisch over naar de noodvoeding. Dit gebeurt binnen enkele seconden. Dit is van groot belang voor de veiligheid van iedereen in het gebouw.
Centrale noodverlichtingssystemen zijn uitgerust met monitoringfuncties. Deze functies controleren de status van de batterijen en armaturen. Dit is handig voor de verplichte periodieke controles van noodverlichting. Met de monitoringfunctie is de status van batterijen en armaturen centraal en snel te controleren.
De keuze tussen centrale en decentrale noodverlichting hangt af van verschillende factoren. Decentrale noodverlichting vereist geen bekabeling en centrale voedingsbron. Daarom is decentraal de standaard binnen utiliteitsprojecten. Maar er zijn uitzonderingen.
Noodverlichting vereist onderhoud en periodieke controle van elk individueel armatuur. Dit is verplicht volgens de geldende normen. Bij centrale noodverlichting kan dit centraal worden gemonitord. Bij decentrale noodverlichting is controle van elk individueel armatuur nodig. Als de armaturen moeilijk bereikbaar zijn, kan centrale noodverlichting kostenefficiënter zijn. Dit geldt vooral voor grote gebouwen, hoge ruimtes of zwembaden. In dit soort gebouwen kunnen de onderhoudskosten op lange termijn lager zijn. Voor grotere projecten is een centraal batterij systeem het meest gangbaar.
De belangrijkste norm voor centrale noodverlichting is de NEN-EN 50171. Deze norm stelt strenge eisen aan centrale noodvoedingssystemen. De systemen moeten binnen 15 seconden na een stroomuitval in werking treden. Daarna moet de verlichting minimaal 60 minuten blijven functioneren. De verlichtingssterkte moet hierbij ten minste 1 lux zijn. Dit wordt gemeten op de vloer, tredevlak of hellingbaan. Voor de installatie van centrale noodverlichting zijn er enkele belangrijke aandachtspunten:
Neem dan contact met ons op. Onze lichtexperts helpen u graag bij het maken van de juiste keuze. Wij adviseren en realiseren de meest efficiënte oplossing voor uw specifieke situatie.
Zoekt u noodverlichting passend bij uw project? Neem contact met ons op.
U kunt vrijblijvend een offerte of advies vragen.
Onze engineers staan altijd voor u klaar.
